Een dagelijkse gewoonte kan aanwijzingen geven over iemands karakter of levensdynamiek.
Mondhygiëne is van fundamenteel belang voor de persoonlijke verzorging tanden poetst. Niet alleen om voor de hand liggende redenen, zoals een goede of slechte adem, maar ook vanwege mogelijke ziektes. In dit opzicht speelt tandenpoetsen een belangrijke rol.
Sommige mensen poetsen hun tanden drie keer per dag, na elke maaltijd; anderen doen dit na het ontwaken en voor het slapengaan, wat overeenkomt met de aanbevelingen van de gezondheidsinstanties om minstens twee keer per dag de tanden te poetsen. Maar wat kan het vanuit psychologisch oogpunt betekenen als iemand slechts één keer per dag zijn tanden poetst?
Wanneer dit slechts één keer gebeurt, kunnen de invloed van bacteriën en de aantasting van het gebit groter zijn. Hoewel er in verschillende psychologische disciplines geen eenduidige conclusie over dit gedrag kan worden getrokken, kunnen de volgende conclusies worden getrokken zonder dat er sprake is van een pathologie.
1. Persoonlijkheidskenmerken en zelfregulering tanden poetst
Persoonlijkheidspsychologie heeft in een meta-analyse aangetoond dat verantwoordelijkheid/bewustzijn verband houden met gezondere gewoonten. In de tandheelkunde worden vaker tanden poetsen en minder uitstelgedrag in verband gebracht met:
- Meer verantwoordelijkheid.
- Minder neuroticisme.
Slechts één keer per dag tanden poetsen kan wijzen op minder consistentie in preventieve gewoonten, en niet op een klinisch probleem.
2. Mogelijke indicator van stemming en stress
In de literatuur worden depressieve symptomen en psychologisch ongemak in verband gebracht met slechtere mondhygiëne en minder vaak tanden poetsen. Wanneer de geestelijke gezondheid te lijden heeft, kan dit van invloed zijn op de dagelijkse verzorging (bijvoorbeeld tandenpoetsen). Dit bewijst niet dat er sprake is van een depressie, maar het is een waarneembaar patroon.
3. Het belang van gewoonten en context
Tandenpoetsen is grotendeels een automatische gewoonte: het wordt geactiveerd door contextuele signalen, zoals bepaalde situaties:
- “Na het ontbijt”.
- “Voor het slapengaan”.
- “Na het eten”.
Als dit maar één keer per dag gebeurt, wijst dit er meestal op dat het gedrag niet voldoende geautomatiseerd is gedurende de dag of dat er geen omgevingssignalen zijn voor een tweede keer tandenpoetsen.
Het vormen van duurzame gewoontes vereist herhaling in dezelfde context; klassieke studies tonen aan dat het automatiseren van dagelijkse routines enkele weken kan duren.
4. Het standpunt van de geplande gedragstheorie
Attitudes, sociale normen en waargenomen controle voorspellen de intentie om de mondhygiëne te verbeteren en de frequentie van het tandenpoetsen.
Als iemand een laag vermogen ervaart (nachtelijke vermoeidheid, tijdgebrek, praktische belemmeringen), kan hij blijven bij één keer tandenpoetsen per dag, zelfs als hij ‘weet’ dat twee keer poetsen ideaal is.
In elk van de bovengenoemde gevallen is het belangrijk om rekening te houden met de context en geen overhaaste conclusies te trekken. Dit gedrag houdt niet direct verband met depressie of andere ‘negatieve eigenschappen’ in de psychologie.